zondag 18 maart 2012

College 6. Big brother is watching you

Privacy is een moeilijk begrip, wanneer je het hebt over kinderen. Als ouder of leerkracht heb je de verantwoordelijkheid over hen. Ook de kinderen uit je klas zijn gevoelsmatig je eigen. Je moet hun veiligheid waarborgen. In hoeverre moet je dan de grenzen van privacy van kinderen overschreiden?
Ik moet toegeven dat ik ongeveer 3 keer in een schooljaar alle laatjes van de kinderen open heb getrokken om te kijken wat er in de laatjes zat. Snoep, soms gestolen stickervellen, doorgegeven briefjes waar over een kind wordt geroddeld of waaruit blijkt dat er gepest wordt... Ja, je ontdekt heel wat. Toch voelde ik me nooit prettig wanneer ik de laatjes opentrok. Die laatjes waren hùn laatjes. Dat ik vervolgens wel een helehoop ontdekte wat belangrijk is om te weten als leerkracht, gaf me niet minder het gevoel dat ik hun privacygrenzen overtreden had. Heiligt het doel dan het middel? Ik heb ook wel eens stickertjes gestolen uit de la van de leerkracht toen ik een kind was. Ik was alleen slim genoeg ze meteen mee naar huis te nemen... Ik heb ook wel eens briefjes geschreven over kinderen, net zo goed als er briefjes over mij werden geschreven. En snoepjes in de la... Tja. Kinderen zijn kinderen. 
Is het belangrijk dat je alles weet? Of is ignorance bliss? Met de komst van Hyves, Facebook en Twitter, met de komst van internet, heeft het controleren van kinderen extreme vormen aangenomen. Ouders zijn als de dood dat hun kind in de handen valt van pedofielen, zijn bang dat kinderen gepest worden op internet (cyberpesten) of dat zij door allerlei anderen duistere mensen en sites worden beïnvloed. Tijdens een lezing van Ted van Lieshout in de stadsbieb van 's-Hertogenbosch, stelde Ted van Lieshout als antwoord op een vraag, dat volgens hem kinderen nu wel erg beschermd worden. Zo had hij in de jaren '80 een gedicht geschreven voor Sesamstraat (Lieve snuit). De huidige makers van Sesamstraat vertelden Ted van Lieshout dat zij het gedicht nu nooit meer zouden laten horen op Sesamstraat. Het gedicht is nu niet meer gepast. Het is echter een enorm leuk gedicht, waar een kind volgens mij enorm veel plezier om kan hebben. Kinderen worden te erg betutteld. Op de PABO leerden we al dat we de kinderen met fluwelen handschoentjes moesten behandelen, want het is het kostbaarste bezit dat de ouders hebben. Dat is meerdere malen letterlijk zo gezegd. Die zelfde bescherming van kinderen belemmert hen in hun ontwikkeling. Nee, ze mogen niet alleen buitenspelen, want daar loert gevaar. Maar nee, mama gaat niet mee, want ze heeft geen tijd. De grove motorische ontwikkeling, het kwijtkunnen van energie, het leren samen spelen, het leren dat je naar huis moet komen als de lataarnpalen aangaan, dat wordt kinderen allemaal onthouden. Kinderen worden in de gaten gehouden, en dat belemmert hen in hun zelfredzaamheid.




Toch snap ik de angst van ouders wel. Wanneer je de verantwoordelijkheid hebt over een kind, maak je je wat meer zorgen. Dan ga je anders kijken naar de wereld. Dan zie je ineens de krokodillen onder het bed en de monsters in de kast.
Op Hyves, Facebook en Twitter gebeurt veel. Kinderen zijn meedogenloos. Cyberpesten in een groot probleem in het onderwijs. Het staat me nog fris in het geheugen dat een meisje van 15 uit Arnhem iets negatiefs postte op de hyvespagina van haar vriendin, waarna zij door een vriend van de vriend van haar vriendin - die opgeroepen werd via Twitter - doodgestoken is. In de VS plegen kinderen zelfmoord omdat zij gepest worden via het internet. Zelfs na hun dood wordt op hun facebook doorgepest. Meedogenloos. Had controle van Facebook door zowel de gepeste als de pester dit allemaal tegen kunnen gaan? Wat weegt zwaarder, je kind vertrouwen geven en zichzelf laten ontplooien of je kind beschermen en controleren, zelfs tegen zichzelf?

Privacy en kinderen blijkt een moeilijke combinatie. Je hebt de verantwoordelijkheid over de kinderen, maar wilt hen niet belemmeren in hun ontwikkeling. Soms is het beter om in het ongewisse te blijven, zowel voor het kind als de volwassene. Toch wordt de verantwoordelijke volwassene aangekeken wanneer er iets mis gaat. Waar trek je de grens? Als volwassene wil je graag controleren wat je kind doet. Wij hebben echter geleerd in de cursus Mediawijsheid dat controle 1.0 is. Past die houding dan wel in een 3.0 samenleving, of is het bij kinderen juist andersom? Hoe meer 3.0, hoe meer controle? Kinderen zijn geen volwassenen en moeten dus ook niet op die manier worden benaderd. Kinderen hebben controle nodig. Volwassenen niet...Of toch? Uit de documentaire Wat Nou Privacy blijkt echter dat wij zelf ook ongemerkt enorm in de gaten worden gehouden. Big brother is watching you. Eigenlijk de perfecte benaming. Wie net als ik een grote broer (of zelfs 2 grote broers) heeft, weet dat broers je corrigeren, ze houden je buiten bepaalde zaken omdat je er te klein bent. Ze leggen je grenzen op. Op deze manier beschermen ze je. Misschien moeten wij kinderen in de gaten houden, zoals de overheid ons in de gaten houdt. Niet als ouder, maar als grote broer. We voelen ons er geborgen en veilig door. Toch zijn we ons er bewust van dat als we iets doen waarvan de overheid vindt dat het niet kan of mag, dat ook wordt gezien. Ze kijken in onze laatjes. Halen de briefje eruit en lezen ze. Pakken onze snoepjes af en hebben de stickertjes gevonden. De grenzen zijn bepaald. En net als kinderen dat doen, proberen we ze te rekken, te verleggen. Want soms is stout zijn ook zo leuk.


Lieve Snuit




Als ik nou een hondje mag, dan zal ik nooit meer zeuren.

Dan eet ik steeds mijn bordje leeg en ga op tijd naar bed.

Maar als ik nou géén hondje krijg, dan zal d’r wat gebeuren !

Dan gooi ik limonade op het pas geboend parket.

Dan prop ik zeven rollen in het gat van het toilet.

Dan zul je het betreuren,

ga ’k het gordijn afscheuren ;

dan rook ik deze avond nog mijn eerste sigaret !


Een hondje met een lieve snuit ?

Je krijgt geen hond en daarmee uit !





Als ik nou een poesje mag, dan zal ik nooit meer zeuren.

Dan jok ik niet en loop niet weg en blijf uit het café.

Maar als ik nou géén poesje krijg, dan zal d’r wat gebeuren !

Dan spuug ik in de yoghurt en dan hoest ik in de thee.

Dan kom ik alle trappen afgegleden met een slee.

Dan ga ’k de muur besmeuren

en het behang inkleuren ;

dan neem ik snoepjes aan en ga met kinderlokkers mee !




Een poesje met een lieve snuit ?
 Je krijgt geen poes en daarmee uit !


Als ik nou een Nijlpaard mag, dan zal ik nooit meer zeuren.




Dan was ik me haast elke dag en doe mijn wanten aan.

Maar als ik nou géén Nijlpaard krijg, dan zal d’r wat gebeuren !

Dan ga ik ouwe opa’s met een klerenhanger slaan.

Dan laat ik al het warme water lopen uit de kraan.

Dan smijt ik met de deuren

en ga je broek verscheuren.

Dan laat ik jou nooit meer me met een spelletje verslaan !



Een nijlpaard met een lieve snoet ?



Natuurlijk lieverd dat is goed.


Uit : Hou van mij / Ted van Lieshout, Leopold 2009





http://www.ouders.nl/mred2003-privacy.htmhttp://arno.uvt.nl/show.cgi?fid=4936

Geen opmerkingen:

Een reactie posten